Laatst vertelde een deelnemer tijdens een van mijn individuele trainingen iets wat me bijbleef.
Hij had een presentatie gegeven in Hamburg. “Ik begon met een grapje,” zei hij, “zoals ik dat altijd doe. In Nederland werkt dat goed — iedereen lacht, de sfeer zit er meteen in.
Maar daar… bleef het stil.”
Hij keek me verbaasd aan. “Ze vonden het niet grappig. Ze keken alleen maar afwachtend, alsof ik moest beginnen met het echte werk.”
Dat moment – de stilte na een goedbedoelde grap – komt vaker voor dan je denkt. En het zegt veel over hoe humor en communicatie in Duitsland anders functioneren dan in Nederland.
Humor als ijsbreker – of juist als risico
In Nederland is humor bijna een communicatiestijl. Je gebruikt het om spanning te verminderen, om gelijkheid te tonen, om afstand te verkleinen.
Een lichte opmerking aan het begin van een vergadering maakt de sfeer losser. Een beetje zelfspot maakt ons menselijk.
In Duitsland werkt dat anders. Humor is er niet afwezig, maar hij komt later – pas nadat de structuur, inhoud en toon helder zijn.
De Duitse volgorde is: eerst professionaliteit, dan persoonlijkheid.
Dat betekent niet dat Duitsers geen gevoel voor humor hebben, maar dat ze eerst willen weten:
Wie ben je? Wat kom je doen? Wat is het doel van dit gesprek?
Pas als dat duidelijk is, ontstaat ruimte voor luchtigheid.
Van de Beierse film Zweigstelle zag ik laatst de trailer. Hier mag je zelfs lachen om dood, godsdienst en de Duitse bureaucratie!
De presentatie in Hamburg
Terug naar mijn deelnemer.
We bekeken samen zijn presentatie-opbouw. Hij begon met de zin:
“Ik heb dit niet echt voorbereid, dus hopelijk wordt het een beetje spannend!”
In Nederland wordt dat gezien als charmant, creatief, ontspannen.
Maar in Duitsland wordt het vaak letterlijk opgevat: niet voorbereid betekent niet serieus.
Hij had zichzelf dus onbedoeld ondermijnd, nog voordat hij aan zijn inhoud toe was.
We herschreven zijn opening.
Hij begon voortaan met een korte, duidelijke inleiding: wat het doel was, wat het publiek kon verwachten, en waarom zijn werk relevant was.
En dán pas kwam zijn grap – dezelfde grap, maar nu ná de inhoudelijke start.
De tweede keer werkte het wél.
Zijn publiek lachte, ontspande, en luisterde daarna met meer aandacht.
Het verschil zat niet in de grap zelf, maar in de volgorde van vertrouwen.
De volgorde van vertrouwen
Duitsers bouwen vertrouwen anders op dan Nederlanders.
Waar Nederlanders denken: “laten we eerst even gezellig doen, dan komt de inhoud vanzelf”,
denken Duitsers eerder: “laten we eerst de inhoud goed neerzetten, dan kunnen we daarna ontspannen.”
Het is eigenlijk een omgekeerde volgorde van dezelfde intentie.
Beide groepen willen verbinding, maar ze hebben verschillende routes daarheen.
Nederlanders beginnen bij gelijkheid en spontaniteit;
Duitsers bij structuur en zekerheid.
Dat betekent: als je in Duitsland een goede indruk wilt maken, laat dan eerst zien dat je de vorm respecteert.
De warmte mag daarna volgen – en wordt dan juist extra gewaardeerd.
Humor en hiërarchie
Een tweede belangrijk verschil ligt in hoe humor zich verhoudt tot hiërarchie.
In Nederland kan een stagiair een grap maken tegen de directeur, en niemand kijkt op.
In Duitsland is humor binnen een hiërarchische context gevoeliger.
Een grap ‘omhoog’ (richting leidinggevende of opdrachtgever) kan als ongepast overkomen.
Een grap ‘omlaag’ (richting team of stagiair) als autoritair.
Maar humor ‘naast elkaar’ – tussen vakgenoten, of in informele settings – is vaak juist heel waardevol.
In mijn trainingen oefenen we daarom ook: wanneer, waar en hoe je humor gebruikt in Duitse context.
Soms betekent dat simpelweg: even wachten tot het juiste moment.
Wat humor ons leert over cultuur
Humor is een spiegel van cultuur.
Ze laat zien wat we belangrijk vinden – en waar we grenzen trekken.
In Nederland is die grens flexibel: je lacht om jezelf, om regels, om het absurde.
In Duitsland is humor vaker inhoudelijk of taalkundig: woordspelingen, ironie, subtiele verwijzingen.
Voor creatieve professionals is dat interessant, want het betekent dat je jouw eigen stijl kunt aanpassen zonder hem te verliezen.
Je hoeft je niet in te houden, maar je kunt leren waar de opening ligt – en daar bewust mee spelen.
Een Duitse curator zei ooit tegen mij:
“Ik lach graag – maar eerst wil ik weten waar ik om lach.”
Dat vat het perfect samen.

Drie manieren om humor effectief te gebruiken in Duitse context
- Gebruik humor als versterking, niet als start.
Laat eerst zien dat je weet waarover je praat.
Breng daarna iets luchtigs – dan voelt het als ontspanning, niet als afleiding. - Kies veilige thema’s.
Vermijd ironie over hiërarchie, politiek of Duitse gewoonten.
Humor over universele situaties werkt wél. Denk aan taal, reizen, kunst, techniek. - Gebruik timing als stijlmiddel.
Een glimlach, een kleine pauze of een subtiele knipoog in je toon kan al genoeg zijn.
Duits publiek waardeert elegantie boven uitbundigheid.
Een persoonlijke noot
Toen ik zelf weer in Duitsland ging werken, moest ik dit ook opnieuw leren.
Mijn directheid kwam niet altijd goed aan, en mijn humor soms nog minder.
Ik herinner me dat ik na een presentatie dacht: “Wat deed ik verkeerd? Niemand lachte!”
Pas later begreep ik: ze vonden het wél interessant – ze moesten alleen even weten dat het serieus bedoeld was.
En toen dat duidelijk was, kwamen de gesprekken vanzelf los, met veel warmte en zelfs… humor.
Sindsdien zeg ik vaak tegen mijn deelnemers:
“In Duitsland komt de glimlach pas aan het einde, maar dan is hij echt.”
Waarom dit ertoe doet
Wie in Duitsland werkt of wil samenwerken, hoeft niet te veranderen van stijl.
Je hoeft alleen te weten wanneer je welk register gebruikt.
In mijn individuele onderdompelingstraining oefenen we precies dat:
je leert je eigen toon behouden, maar zó inzetten dat hij in Duitsland landt zoals jij bedoelt.
Het resultaat is altijd hetzelfde:
meer rust, meer vertrouwen en – jawel – soms ook meer echte, oprechte lachmomenten.

Wil jij jouw creatieve verhaal overtuigend én cultureel passend vertellen?
Ontdek mijn meerdaagse individuele onderdompelingstraining Zakelijk Duits.
Meer weten?
Lees meer over hoe je als Nederlander om kunt gaan met de Duitse mentaliteit!
Van onzeker naar zelfverzekerd: Hoe Nederlandse ondernemers in Duitsland overtuigend presenteren.
Zakelijk Duits voor creatieven: Hoe ga je om met directe feedback van Duitse partners?
